Specifieke fobieën


Angst versus Fobie

Dikwijls worden de begrippen 'angst' en 'fobie' met elkaar gelijkgesteld.  Angst is een gevoel, een emotionele beleving zoals verdriet of blijheid.  Angst hoeft geen stoornis te zijn.  Bij een fobie is er altijd sprake van een verstoring.  Een fobie benoemt men met een naam, waarvoor men fobisch is: spinnenfobie, waterfobie, hoogtefobie. We gebruiken ook wel eens het woord 'vrees'.  Zoals: hoogtevrees.  Vrees wordt ook als 'voorgevoel' gebruikt. 'Ik vrees dat het morgen zal regenen' (ik heb het gevoel dat het morgen zal regenen). Ook het woord 'bang' wordt gebruikt: 'Ik ben bang dat het morgen zal regenen' of 'Ik ben bang voor spinnen'.  Vrees is meer een 'gedachte' voor wat er kan gebeuren.                Al deze genoemde begrippen liggen dicht naast elkaar.

Om de begrippen angst en fobie iets duidelijker te maken:  angst hoeft geen fobie te zijn, terwijl een fobie altijd met een angstgevoel gepaard gaat.

Bang zijn voor 'iets'

Zeer veel mensen geven aan bang te zijn voor ‘iets’ zoals: spinnen, slangen, muizen, hoogtevrees, onweer, storm (wind), enge ruimte, bloed, tunnels, enz... . Als een confrontatie met dat 'iets' een hevige angst (of zelfs paniek) uitlokt en/of gepaard gaat, dan spreken we van een fobie of fobische angst.

De meest angststoornissen gaan gepaard met één of meerdere fobieën. Bijvoorbeeld:

  • Een paniekstoornis kan gepaard gaan met pleinvrees, hoogtevrees, tunnelvrees...
  • Een sociale angst kan gepaard gaan met een bloosfobie, trilfobie, zweetfobie...
  • Een dwangstoornis kan gepaard gaan met een smetvrees (vies, vuil, vettig of gifstoffen)

Indien een fobie niet het gevolg is van een bepaalde angststoornis, dan spreken we van de specifieke fobie (of enkelvoudige fobie).

Specifieke of enkelvoudige fobieën

Specifieke fobieën worden onderverdeeld in:

  • Het diertype:  De meest voorkomende fobieën voor dieren zijn: spinnen, slangen, honden, volgels, katten, muizen, insecten (vooral wespen)... maar ook kan men fobische zijn voor alle dieren.
  • Het type bloed, injecties en verwonding  (vroeger BIP genoemd: Blood Injury Phobia). Over het algemeen gebruikt men de term bloedfobie.
  • Het natuurtype: hier gaat het meestal om water, storm, onweeer, overstroming, bliksem of andere natuur-onderwerpen kunnen onderwerp zijn van een fobie.
  • Het situatieve type:  situaties zoals een lift, vliegtuig, hoogte of een afgesloten ruimte (claustrofobie) kunnen specifiek zijn. Dus enkel en alleen voor die spoecifieke situatie en/of plaats.
Enkele misverstanden

Bij het stellen van een diagnose is het heel belangrijk duidelijk te hebben of de fobie specifiek is of bij een angststoornis thuishoort.

Vliegangst:  deze kan of specifiek zijn of bij de paniekstoornis horen. Sommige mensen hebben bij een vliegmaatschappij een cursus gekregen met betrekking tot hun vliegangst.  Zonder resultaat.               Hoe komt dat?  Als een vliegangst het gevolg is van een paniekstoornis, dan gaat het niet om het vliegen. Iemand met een paniekstoornis is dan bang dat hij/zij IN het vliegtuig een paniekaanval zou kunnen krijgen, er dan niet uit kan, hetgeen dan een panische angst kan uitlokken.  Iemand die specifiek vliegangst heeft is bang voor bijvoorbeeld het neerstorten van het vliegtuig. Hij/zij kan dan ook in het vliegtuig een paniekaanval krijgen, maar heeft geen paniekstoornis.

Claustrofobie:   komt als specifieke fobie zelden voor. Meestal gaat het om een paniekstoornis. Men is bang voor het krijgen van een paniekaanval in een 'enge, kleine ruimte', en er dan niet meer uit te kunnen.

Hoogtevrees:  deze kan of een specifieke fobie zijn of het gevolg van een paniekstoornis.  Bij een specifieke fobie gaat het enkel om de hoogte. Bij een paniekstoornis gaat het om de hoogte + bang om een paniekaanval te krijgen en ongecontroleerd 'rare, gevaarlijke' dingen te doen. Tevens zal bij de paniekstoornis de fobie zich niet enkel tot 'hoogten' beperken, ook op andere plaatsen en/of situaties zal hij/zij met fobische angst reageren (lift, autosnelweg, winkels, bioscoop).  Plaatsen/situaties waar hij/zij meent een paniekaanval te krijgen en dan niet weg te kunnen.

Kun je er iets aan doen?

Zeker.  Op de eerste plaats is het belangrijk duidelijk te krijgen wat nu precies de juiste oorzaak is van je angst. Daarna kan een geleidelijke exposure je leren te ontdekken dat je niet 'letterlijk' wordt bedreigd.

Neem contact met ons op

Contactgegevens


Angstcentrum v.z.w.
Neerharenweg 6
3620 Lanaken
België

E-mail:   poli@angstcentrum.be

GSM: 0032 (0) 491 077 877

Consultaties zijn volgens afspraak

Telefonische bereikbaarheid:
maandag t/m vrijdag van 11.00u tot 15.00u


Aanmeldformulier

Meer angststoornissen