Smetvrees

Smetvrees... een zeer brede uitingsvorm

Smetvrees kan zich op verschillende manieren uiten én heeft ook verschillende vormen (wel of niet gecombineerd).  Het is een vorm van dwangstoornis met dikwijls zeer ernstige en ingrijpende gevolgen voor de betrokkene zelf, maar ook voor zijn/haar directe omgeving (partner, ouders, kinderen, vrienden).  Smetvrees kan gaan over: vies, vuil, plakkerig, bacterieëel of viraal, gifstoffen, verf, asbest, insectisiden, schoonmaak- of reinigingsmiddelen enz.

Hoe herken je smetvrees?

De hieronder benoemde herkenningen kunnen of/en zijn.  

Het meer dan nodig wassen van je handen. Het handenwassen gebeurt soms ritueelachtig en/of met tellen. Je gebruikt liefst veel schuim en ontsmettende zeep (vb detol).

Bij het poetsen of schoonmaken van iets wrijf je meerdere malen op dezelfde plek, zéker willen zijn dat het wel écht schoon is.

Je maakt veel gebruik van ontsmettingsmiddelen.

Je tracht zoveel mogelijk deurklinken, kastknoppen, kastdeuren, trapleuningen en/of andere smetgevaarlijke objecten NIET aan te raken. Indien wel, dan was je meteen daarna je handen.

Je vermijdt het lopen op blote voeten (ook in huis).

Je vermijdt om 'onoplettend' op straat, in een wei of in een bos te lopen. Bang dat er 'iets' vies of vuils onder je schoenen komt en dat mee naar huis neemt. Je kijkt dan voortdurend naar de grond.

Vuilbakken, containerparken en/of plekken waar het vies of vuil is, tracht je te vermijden.

Je probeert te vermijden om handen te geven, of zelfs mensen aan te raken.

Je vermijdt zieke mensen en/of plaatsen zoals ziekenhuizen of een wachtkamer bij de huisarts.

Plakkerige voorwerpen of lijmen, raak je liefst niet aan.

Je vermijdt openbare toiletten of toiletten bij andere mensen (zelfs bij familie). Indien je genoodzaakt bent toch naar het toilet te moeten gaan, dan gebruik je veel zeep,  meerdere handdoeken,  afdroogpapier of toiletpapier.

Je let op bepaalde voedingsmiddelen (vervaldata). Controlegedrag.

Na het aankopen van producten uit een winkel, maak je de verpakkingen schoon voordat je ze in de kast zet.

Bepaalde (gif)stoffen die gevaarlijk kunnen zijn, koop je niet en/of raak je niet aan (zoals verven, insectisiden, bijtmiddelen 

Mensen met een onaangename zweetgeur of klamme handen, raak je niet aan en/of hou je op afstand.

Je staat (zeer) lang onder de douche. Na de douche vermijdt je met je blote voeten op de vloer te staan.  Je gebruikt een handdoek of sloffen.

Je poets lang (ritueelachtig) je tanden.

Je neemt allerlei voorzorgsmaatregelen om vies en/of vuil te voorkomen. Tevens controleer je alles of het wel of niet vies en/of vuil is.

Bij het lopen let je nauwlettend op of je niets aanraakt.

Je kleding wordt op kookprogramma meermalen gewassen.

Je weigert iets om bij anderen te drinken (je hebt ook meestal eigen drank bij). Tassen, bekers of glazen kunnen vuil/vies zijn.

Dieren raak je liefst niet aan. Gebeurt het per ongeluk, dan was je meteen daarna je handen... je zou het liefst douchen.

Je probeert restaurants, bistro's of andere eetgelegenheden te vermijden. Indien je er genoodzaakt toch komt, dan controleer je het bestek, glazen en borden (je kunt dat heel onopvallend, subtiel doen).

Je hebt meestal ontsmettingsdoekjes op zak of in de handtas.

De andere meest bekende voorbeelden van een dwangstoornis zijn de volgende:

• Controledwang
• Verzameldwang
• Morfodysfore stoornis (BDD of body dismorphic disorder)
• Trichotillomanie (haaruittrekstoornis)
• Excoriatiestoornis (huidpulkstoornis)